Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken is overdrachtsbelasting verschuldigd. Het algemene tarief bedraagt 8%. Voor de verkrijging van een woning, die als hoofdverblijf gaat dienen geldt een laag tarief van 2%. Voor starters op de woningmarkt geldt een vrijstelling van overdrachtsbelasting.
De staatssecretaris van Financië heeft een besluit met het beleid over de toepassing van de startersvrijstelling en het lage tarief aangepast.
In de vorige versie van het besluit was een goedkeuring opgenomen voor een situatie die met ingang van 1 januari 2022 in de wet is geregeld. Deze goedkeuring is daarom vervallen.
Hiervoor in de plaats is een goedkeuring opgenomen die mogelijk maakt dat ook na het tijdstip van de verkrijging via een bezwaarschrift de voor de toepassing van de startersvrijstelling of het 2%-tarief vereiste schriftelijke verklaring kan worden ingediend of alsnog een beroep op de startersvrijstelling of het 2%-tarief kan worden gedaan.
Het besluit is inmiddels in werking getreden.