De Hoge Raad heeft een uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigd. De uitspraak betreft de heffing van bpm bij de invoer van gebruikte kampeerauto’s.
Eerder in de procedure heeft de rechtbank geoordeeld dat de afschrijving van een gebruikt motorvoertuig alleen aan de hand van een taxatierapport kan worden bepaald als voor het voertuig geen koerslijst beschikbaar is of als het meer dan normale gebruiksschade heeft.
Volgens de Hoge Raad is het bestaan van een in de handel algemeen toegepaste koerslijst voor kampeerauto’s niet voldoende om toepassing van de taxatiemethode uit te sluiten voor een kampeerauto, die niet meer dan normale gebruiksschade vertoont. Uitsluiting van de taxatiemethode is alleen mogelijk wanneer het motorvoertuig naar merk, model, transmissie, brandstof, vermogen, carrosserie en uitvoering in een relevante koerslijst is benoemd. Is dat niet het geval dan mag de handelsinkoopwaarde van het voertuig worden vastgesteld op basis van taxatie. Nu de inspecteur heeft erkend dat drie van de vier kampeerauto’s niet voorkomen in de door hem overgelegde koerslijst, mocht de belanghebbende de taxatiemethode toepassen om de handelsinkoopwaarden te bepalen.
De inspecteur heeft in de procedure betwist dat het gehanteerde afschrijvingspercentage voor alle vier de kampeerauto’s de werkelijke waardedaling benadert. Hij heeft daarvoor aangevoerd dat op kampeerauto’s langzamer wordt afgeschreven dan op vergelijkbare gesloten bestelauto’s. Volgens de Hoge Raad laat dat onverlet dat de belanghebbende voor elke kampeerauto een hogere afschrijving aannemelijk kan maken, bijvoorbeeld vanwege het verhuurverleden van de kampeerauto. Met die mogelijkheid heeft de inspecteur geen rekening gehouden.
De Hoge Raad merkt verder op dat gebruikmaking van de taxatiemethode niet uitsluit dat voor de afschrijving gegevens worden gebruikt, die zijn ontleend aan een koerslijst. Dit volgt onder meer uit de toelichting van de staatssecretaris op de Uitvoeringsregeling. Zowel de belastingplichtige als de inspecteur kan het door hem verdedigde afschrijvingspercentage onderbouwen met gegevens van een vergelijkbaar motorvoertuig dat voorkomt in een koerslijst.
Als de rechter, in een geval waarin de taxatiemethode van toepassing is, tot het oordeel komt dat noch de door de belanghebbende noch de door de inspecteur verdedigde handelsinkoopwaarde bruikbaar is voor het bepalen van de afschrijving, moet de rechter die handelsinkoopwaarde in goede justitie vaststellen. Waardebepaling in goede justitie hoeft niet uitvoerig onderbouwd te worden.